Van belastingen tot steunmaatregelen: bij de start van je zelfstandigencarrière komen heel wat investeringen en financiële aspecten kijken. Waar moet je zeker rekening mee houden?
Kies je voor een eenmanszaak? Dan ben je onderworpen aan personenbelasting. Ga je voor een vennootschap, dan komt daar ook de vennootschapsbelasting bij.
Je betaalt personenbelasting op je netto-(beroeps)inkomen: dat is je jaaromzet (de som van je opbrengsten met aftrek van btw) min je beroepskosten. Je inkomsten van een jaar worden doorgaans ‘aangeslagen’ in het jaar erop: in het aanslagjaar 2021 betaal je dus belastingen op je inkomsten van 2020.
Voorbeeld: in 2020 had je 70.000 euro omzet. Na aftrek van 20.000 euro aan beroepskosten en 10.250 euro aan sociale bijdragen (20,5% van je omzet min beroepskosten) hou je 39.750 euro belastbaar inkomen over. Na de betaling van je personenbelasting (12.438 euro), hou je uiteindelijk 27.312 euro winst over.
Deze is fiscaal soms voordeliger: terwijl je in een eenmanszaak in de hoogste schijf ongeveer de helft van je inkomen afdraagt, betaal je in een vennootschap steeds een vlak tarief van 25%. Voor kleinere vennootschappen geldt een verlaagd tarief van 20% op de eerste schijf van 100.000 euro winst.
Voorbeeld: in het boekjaar 2020 maak je met je kleine vennootschap 150.000 euro winst. Op de eerste schijf betaal je dan 20% (het verlaagd tarief), de overige 50.000 euro wordt belast aan het standaardtarief van 25%. In totaal betaal je 32.500 euro aan belastingen.
Leestip!
✔️Starten als tandarts: de formaliteiten in een handig stappenplan
✔️Starten als tandarts: de voordelen van een solo- of groepspraktijk
Als tandarts doe je heel wat uitgaven voor je beroep. Denk maar aan medische materialen, IT, meubilair en je praktijk zelf. Al die beroepskosten mag je inbrengen of ‘aftrekken’ van je beroepsinkomen. Met andere woorden: hoe meer je uitgeeft, hoe minder belastingen je betaalt. Al hangen daar 3 voorwaarden aan vast:
Je kan niet alle uitgaven in één keer volledig fiscaal aftrekken. Soms zijn aankopen investeringen: ze gaan meerdere jaren mee. In dat geval mag je ze enkele jaren deels aangeven of ‘afschrijven’.
Andere uitgaven zijn slechts deels aftrekbaar, zoals een wagen en professionele restaurantkosten.
Tot slot kan je ook kiezen voor een forfaitaire kostenaftrek: een percentage van je beroepsinkomen.
Leestip!
Software en hardware in je tandartspraktijk: wat heb je nodig?
Als tandarts ben je vrijgesteld van btw voor diensten die tot de normale uitoefening van je beroep horen. Haal je inkomsten uit niet-medische diensten, zoals de verkoop van producten (flosdraad, tandenborstels …)? Dan moet je daar wél btw voor aanrekenen. Een boekhouder zal je daarin bijstaan.
Komen bepaalde prestaties niet in aanmerking voor een btw-vrijstelling, dan word je als een ‘gemengde’ btw-plichtige beschouwd. De vrijstellingsregeling kleine ondernemingen is een manier om in dat geval toch geen btw hoeven aan te rekenen. Je jaaromzet mag dan wel maar maximum 25.000 euro (excl. btw) bedragen.
Als beginnende tandarts krijg je ook een duwtje in de rug van de overheid. Zo kom je in aanmerking voor verschillende gunstmaatregelen:
Je merkt het: bij een zelfstandigencarrière komen tal van juridische en praktische aspecten kijken. Hoe word je zelfstandige? En hoe kies je de juiste software?
Ons gratis e-book ‘Starten als zelfstandig tandarts’ vormt alvast het ideale vertrekpunt.
Voor deze blogpost werkten we samen met de experten en accountants van SBB.
